hervul
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- her·vul
Werkwoord
vervoeging van |
---|
hervullen |
hervul
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hervullen
- Ik hervul.
- gebiedende wijs van hervullen
- Hervul!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van hervullen
- Hervul je?
Gangbaarheid
- Het woord hervul staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.