herrezen
Uiterlijk
- her·re·zen
- vervoeging van herrijzen: de stam met de uitgang -en, zonder ge- vanwege voorvoegsel (is gelijk aan de onbepaalde wijs) maar met een klinkerwisseling ij-ee (IPAː /ɛi/ - /e/)
vervoeging van |
---|
herrijzen |
herrezen
- meervoud verleden tijd van herrijzen
- Wij herrezen.
- Jullie herrezen.
- Zij herrezen.
- Wij herrezen.
- voltooid deelwoord van herrijzen
- Het woord herrezen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.