herinterpreteer

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • her·in·ter·pre·teer

Werkwoord

vervoeging van
herinterpreteren

herinterpreteer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herinterpreteren
    • Ik herinterpreteer. 
  2. gebiedende wijs van herinterpreteren
    • Herinterpreteer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van herinterpreteren
    • Herinterpreteer je?