heentrekt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- heen·trekt
Werkwoord
vervoeging van |
---|
heentrekken |
heentrekt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heentrekken
- ... dat jij heentrekt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van heentrekken
- ... dat hij heentrekt.