gladstrijkt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • glad·strijkt

Werkwoord

vervoeging van
gladstrijken

gladstrijkt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gladstrijken
    • ... dat jij gladstrijkt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van gladstrijken
    • ... dat hij gladstrijkt.