garandeerden
Uiterlijk
- ga·ran·deer·den
vervoeging van |
---|
garanderen |
garandeerden
- meervoud verleden tijd van garanderen
- Wij garandeerden.
- Jullie garandeerden.
- Zij garandeerden.
- Wij garandeerden.
- Het woord garandeerden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.