fisguen

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
fisgar

fisguen

  1. aanvoegende wijs derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van fisgar
  2. gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van fisgar