Naar inhoud springen

familiarizó

Uit WikiWoordenboek
vervoeging van
familiarizar

familiarizó

  1. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito indefinido) van familiarizar
vervoeging van
familiarizarse

familiarizó

  1. derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito indefinido) van familiarizarse