empotramos

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
empotrar

empotramos

  1. eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van empotrar
  2. eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito indefinido) van empotrar
vervoeging van
empotrarse

empotramos

  1. eerste persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van empotrarse
  2. eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito indefinido) van empotrarse