dulcificó
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dulcificar |
dulcificó
- derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito indefinido) van dulcificar
vervoeging van |
---|
dulcificarse |
dulcificó
- derde persoon enkelvoud verleden tijd (pretérito indefinido) van dulcificarse