Naar inhoud springen

droogstaat

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • droog·staat

Werkwoord

vervoeging van
droogstaan

droogstaat

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van droogstaan
    • ... dat jij droogstaat. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van droogstaan
    • ... dat hij droogstaat.