dresseerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: dresseerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- dres·seer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
dresseren |
dresseerden
- meervoud verleden tijd van dresseren
- Wij dresseerden.
- Jullie dresseerden.
- Zij dresseerden.
- Wij dresseerden.