doorschrijft

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • door·schrijft

Werkwoord

vervoeging van
doorschrijven

doorschrijft

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorschrijven
    • ... dat jij doorschrijft. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van doorschrijven
    • ... dat hij doorschrijft.