donutí

Uit WikiWoordenboek

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /dɔnʊciː/
Woordafbreking
  • do·nu·tí

Werkwoord

donutí

  1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het perfectieve werkwoord donutit
  2. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd aantonende wijs van het perfectieve werkwoord donutit