despejábamos

Uit WikiWoordenboek

Spaans

Werkwoord

vervoeging van
despejar

despejábamos

  1. eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van despejar
vervoeging van
despejarse

despejábamos

  1. eerste persoon meervoud verleden tijd (pretérito imperfecto) van despejarse