declasseerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • de·clas·seer·de

Werkwoord

vervoeging van
declasseren

declasseerde

  1. enkelvoud verleden tijd van declasseren
    • Ik declasseerde. 
    • Jij declasseerde. 
    • Hij, zij, het declasseerde.