dělali

Uit WikiWoordenboek

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /ɟɛlalɪ/
Woordafbreking
  • dě·la·li

Werkwoord

dělali

  1. bezield mannelijk derde persoon meervoud verleden tijd van het imperfectieve werkwoord dělat
  2. bezield mannelijk meervoud actief deelwoord van het imperfectieve werkwoord dělat
Gelijkklinkende woorden
Typische woordcombinaties