dával

Uit WikiWoordenboek

Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • dá·val

Werkwoord

dával

  1. mannelijk derde persoon enkelvoud verleden tijd van het imperfectieve werkwoord dávat
  2. mannelijk enkelvoud actief deelwoord van het imperfectieve werkwoord dávat
Typische woordcombinaties