borneerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: borneerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bor·neer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
borneren |
borneerden
- meervoud verleden tijd van borneren
- Wij borneerden.
- Jullie borneerden.
- Zij borneerden.
- Wij borneerden.