bojkotovali

Uit WikiWoordenboek

Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /bɔjkɔtɔvalɪ/
Woordafbreking
  • boj·ko·to·va·li

Werkwoord

bojkotovali

  1. bezield mannelijk derde persoon meervoud verleden tijd van het imperfectieve werkwoord bojkotovat
  2. bezield mannelijk meervoud actief deelwoord van het imperfectieve werkwoord bojkotovat
Gelijkklinkende woorden
Typische woordcombinaties