binnenmarcherende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bin·nen·mar·che·ren·de
Werkwoord
vervoeging van: | binnenmarcheren |
binnenmarcherende
- verbogen vorm van binnenmarcherend, het onvoltooid deelwoord van binnenmarcheren
vervoeging van: | binnenmarcheren |
verbogen vorm: | binnenmarcherendee |
binnenmarcherende