bijtankten
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bijtankten (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bij·tank·ten
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bijtanken |
bijtankten
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van bijtanken
- ...dat wij bijtankten.
- ...dat jullie bijtankten.
- ...dat zij bijtankten.
- ...dat wij bijtankten.