Naar inhoud springen

bijschoolt

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bij·schoolt

Werkwoord

vervoeging van
bijscholen

bijschoolt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijscholen
    • ... dat jij bijschoolt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van bijscholen
    • ... dat hij bijschoolt.