bekendstonden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- be·kend·ston·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bekendstaan |
bekendstonden
- (in een bijzin) meervoud verleden tijd van bekendstaan
- ...dat wij bekendstonden.
- ...dat jullie bekendstonden.
- ...dat zij bekendstonden.
- ...dat wij bekendstonden.