baste
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bas·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bassen |
baste
- enkelvoud verleden tijd van bassen
- Ik baste.
- Jij baste.
- Hij, zij, het baste.
- Ik baste.
Spaans
Werkwoord
vervoeging van |
---|
bastar |
baste