badkamerkasten

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  badkamerkasten    (hulp, bestand)
• IPA: /ˈbɑtkamərˌkɑstə(n)/

Woordafbreking

• bad·ka·mer·kas·ten

Woordherkomst en -opbouw

• badkamerkast met uitgang -en

Zelfstandig naamwoord

de badkamerkasten mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord badkamerkast

Gangbaarheid

• Het woord 'badkamerkasten' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.