baantjeszwemmende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- baan·tjes·zwem·men·de
Werkwoord
vervoeging van: | baantjeszwemmen |
baantjeszwemmende
- verbogen vorm van baantjeszwemmend, het onvoltooid deelwoord van baantjeszwemmen
vervoeging van: | baantjeszwemmen |
verbogen vorm: | baantjeszwemmendee |
baantjeszwemmende