avalerende
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: avalerende (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ava·le·ren·de
Werkwoord
vervoeging van: | avaleren |
avalerende
- verbogen vorm van avalerend, het onvoltooid deelwoord van avaleren
vervoeging van: | avaleren |
verbogen vorm: | avalerendee |
avalerende