Naar inhoud springen

attesteer

Uit WikiWoordenboek
  • at·tes·teer
vervoeging van
attesteren

attesteer

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van attesteren
    • Ik attesteer. 
  2. gebiedende wijs van attesteren
    • Attesteer! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van attesteren
    • Attesteer je?