aquarelleer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aquarelleer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- aqua·rel·leer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aquarelleren |
aquarelleer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aquarelleren
- Ik aquarelleer.
- gebiedende wijs van aquarelleren
- Aquarelleer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aquarelleren
- Aquarelleer je?