antidateer
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: antidateer (hulp, bestand)
Woordafbreking
- an·ti·da·teer
Werkwoord
vervoeging van |
---|
antidateren |
antidateer
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van antidateren
- Ik antidateer.
- gebiedende wijs van antidateren
- Antidateer!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van antidateren
- Antidateer je?