amendeerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: amendeerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- amen·deer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
amenderen |
amendeerden
- meervoud verleden tijd van amenderen
- Wij amendeerden.
- Jullie amendeerden.
- Zij amendeerden.
- Wij amendeerden.