allegoriseerde

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • al·le·go·ri·seer·de

Werkwoord

vervoeging van
allegoriseren

allegoriseerde

  1. enkelvoud verleden tijd van allegoriseren
    • Ik allegoriseerde. 
    • Jij allegoriseerde. 
    • Hij, zij, het allegoriseerde.