ajourneerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: ajourneerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ajour·neer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
ajourneren |
ajourneerde
- enkelvoud verleden tijd van ajourneren
- Ik ajourneerde.
- Jij ajourneerde.
- Hij, zij, het ajourneerde.
- Ik ajourneerde.