afvaardigende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- af·vaar·di·gen·de
Werkwoord
vervoeging van: | afvaardigen |
afvaardigende
- verbogen vorm van afvaardigend, het onvoltooid deelwoord van afvaardigen
Gangbaarheid
- Het woord 'afvaardigende' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.