Naar inhoud springen

afsnauwt

Uit WikiWoordenboek
Versie door DifoolBot (overleg | bijdragen) op 9 feb 2016 om 21:46 (audio nld, IPA nld)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
  • af·snauwt
vervoeging van
afsnauwen

afsnauwt

  1. (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsnauwen
    • ... dat jij afsnauwt. 
  2. (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van afsnauwen
    • ... dat hij afsnauwt.