afschooiende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- af·schooi·en·de
Werkwoord
vervoeging van: | afschooien |
afschooiende
- verbogen vorm van afschooiend, het onvoltooid deelwoord van afschooien
vervoeging van: | afschooien |
verbogen vorm: | afschooiendee |
afschooiende