adoniseren/vervoeging

vervoeging van het Nederlandse werkwoord zich adoniseren
tegenwoordige tijd					verleden tijd				toekomende tijd
enkelvoud			meervoud		enkelvoud		meervoud		enkelvoud		meervoud
1	ik	adoniseer me	wij, we	adoniseren ons	ik	adoniseerde me	wij, we	adoniseerden ons	ik	zal me adoniseren	wij, we	zullen ons adoniseren
2	jij, je	adoniseert je	jullie	adoniseren je	jij, je	adoniseerde je	jullie	adoniseerden je	jij, je	zal, zult je adoniseren	jullie	zullen je adoniseren
	u	adoniseert zich/u	u	adoniseert zich/u	u	adoniseerde zich/u	u	adoniseerde zich/u	u	zult zich/u adoniseren	u	zult zich/u adoniseren
	gij, ge	adoniseert u	gij, ge, gijlieden	adoniseert u	gij, ge	adoniseerde u	gij, ge, gijlieden	adoniseerde u	gij, ge	zult u adoniseren	gij, ge gijlieden	zult u adoniseren
3	hij, zij, het	adoniseert zich	zij, ze	adoniseren zich	hij, zij, het	adoniseerde zich	zij, ze	adoniseerden zich	hij, zij, het	zal zich adoniseren	zij, ze	zullen zich adoniseren
onvoltooid deelwoord				voltooide tijd			gebiedende wijs			aanvoegende wijs
zich adoniserend				zich geadoniseerd hebben			adoniseer u/je , adoniseert je			adonisere zich