Naar inhoud springen
abdique
- eerste en derde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatif présent) van abdiquer
- eerste en derde persoon enkelvoud tegenwoordige aanvoegende wijs (subjonctif présent) van abdiquer
- tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs (impératif présent) van abdiquer
abdique
- aanvoegende wijs eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van abdicar
- aanvoegende wijs derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van abdicar
- gebiedende wijs (bevestigend en ontkennend) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van abdicar