aankoppele
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: aankoppele (hulp, bestand)
Woordafbreking
- aan·kop·pe·le
Woordherkomst en -opbouw
aankoppel ww met de uitgang -e
Werkwoord
vervoeging van |
---|
aankoppelen |
aankoppele
- (in een bijzin) enkelvoud tegenwoordige tijd aanvoegende wijs van aankoppelen
- ... dat men aankoppele.