aaneenpratende
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- aan·een·pra·ten·de
Werkwoord
vervoeging van: | aaneenpraten |
aaneenpratende
- verbogen vorm van aaneenpratend, het onvoltooid deelwoord van aaneenpraten
vervoeging van: | aaneenpraten |
verbogen vorm: | aaneenpratendee |
aaneenpratende