Diluvium

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • Di·lu·vi·um
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘Pleistoceen’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1856 [1]

Zelfstandig naamwoord

het Diluviumo

  1. (geologie) diluvium, geologisch tijdperk (in een vóór 2006 gangbare schrijfwijze)
    • Op bl. 19 begint de Spreker over het Diluvium te handelen, en zóó over een tijdvak, wat ons meer van nabij interesseert. [2]
Schrijfwijzen
  • In specialistische publicaties blijft volgens de Taalunie spelling met een hoofdletter mogelijk, zie hier.
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen