vooronderstelden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- voor·on·der·stel·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vooronderstellen |
vooronderstelden
- meervoud verleden tijd van vooronderstellen
- Wij vooronderstelden.
- Jullie vooronderstelden.
- Zij vooronderstelden.
- Wij vooronderstelden.