versufte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·suf·te
Bijvoeglijk naamwoord
versufte
- verbogen vorm van de stellende trap van versuft
- Het versufte meisje zou niet passen bij de Duitse familie waar ze mee verbleef.
Werkwoord
vervoeging van |
---|
versuffen |
versufte
- enkelvoud verleden tijd van versuffen
- Ik versufte.
- Jij versufte.
- Hij, zij, het versufte.
- Ik versufte.
- verbogen vorm van versuft, voltooid deelwoord van versuffen
Gangbaarheid
- Het woord versufte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.