veronaangenaamden

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·on·aan·ge·naam·den

Werkwoord

vervoeging van
veronaangenamen

veronaangenaamden

  1. meervoud verleden tijd van veronaangenamen
    • Wij veronaangenaamden. 
    • Jullie veronaangenaamden. 
    • Zij veronaangenaamden.