vermagerden
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: vermagerden (hulp, bestand)
Woordafbreking
- ver·ma·ger·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vermageren |
vermagerden
- meervoud verleden tijd van vermageren
- Wij vermagerden.
- Jullie vermagerden.
- Zij vermagerden.
- Wij vermagerden.