verifieerden
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ve·ri·fi·eer·den
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verifiëren |
verifieerden
- meervoud verleden tijd van verifiëren
- Wij verifieerden.
- Jullie verifieerden.
- Zij verifieerden.
- Wij verifieerden.
vervoeging van |
---|
verifiëren |
verifieerden