verheerlijkte
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·heer·lijk·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
verheerlijken |
verheerlijkte
- enkelvoud verleden tijd van verheerlijken
- Ik verheerlijkte.
- Jij verheerlijkte.
- Hij, zij, het verheerlijkte.
- Ik verheerlijkte.
- verbogen vorm van verheerlijkt, voltooid deelwoord van verheerlijken