verguldde
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ver·guld·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
vergulden |
verguldde
- enkelvoud verleden tijd van vergulden
- Ik verguldde.
- Jij verguldde.
- Hij, zij, het verguldde.
- Ik verguldde.
vervoeging van |
---|
vergulden |
verguldde