vergezocht

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·ge·zocht
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen vergezocht vergezochter vergezochtst
verbogen vergezochte vergezochtere vergezochtste
partitief vergezochts vergezochters -

Bijvoeglijk naamwoord

vergezocht [2]

  1. dat iets onwaarschijnlijk of geforceerd is en daardoor eigenlijk onwaar
    • Die vergelijking met Singapore, een in dit deel van Azië zeer bewonderde enclave van welvaart, duikt vaker op maar is nogal vergezocht. Davao is weliswaar een voor Filippijnse begrippen ordelijke provinciestad met zo’n anderhalf miljoen inwoners, maar de meesten hebben een levensstandaard die in de verste verte niet aan die van de Singaporezen kan tippen. En terwijl er in Singapore met zijn ruim vijf miljoen inwoners in 2011 welgeteld zestien moorden plaatshadden, waren dat er in Davao over de periode van 2010 tot 2015 liefst 1032, gemiddeld ruim 200 per jaar. Dat is minder dan vroeger, maar nog altijd veel, ook naar Filippijnse maatstaven.[3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen